Documentatie en archieven

Al meer dan een halve eeuw verwerft het Meertens Instituut archieven, en worden er collecties gegenereerd. Dit unieke materiaal op het terrein van Nederlandse Etnologie en Variatielinguïstiek behoort tot het nationale erfgoed van Nederland. Vooral sinds de jaren zestig is de collectie sterk uitgebreid. Momenteel bezit het instituut plusminus 1000 archieven. Een gedeelte daarvan bestaat uit papier, met een lengte van 400 meter, daarnaast komt het steeds frequenter voor dat archieven in digitale vorm worden bewaard.

De documentatie van gegevens over taalvariatie en cultuur van het dagelijks leven in Nederland, behoort tot de centrale taken van het Meertens Instituut. Uitgangspunt voor het beleid ten aanzien van acquisitie, beheer en behoud van de archieven en collecties is dat documentatie in dienst staat van het (toekomstig) wetenschappelijk onderzoek. In 2010 is het Meertens archief verrijkt met diverse schenkingen:

  • Archief van dialectoloog Toon Weijnen
  • Dialectaantekeningen over het Herwijnens van Pieter Bijl
  • Eerste deel van het archief van Maurice Veldkamp, cirusdirecteur
  • Collectie plakboeken, fotoalbums van salonmusicus Leendert Kortekaas.

Schenkingen van min of meer losse archivalia of boeken zijn in dit overzicht buiten beschouwing gelaten.
Medewerker: J.J. Schell (uitvoerder).

Informatieverstrekking

De documentaire informatieverstrekking is hoofdzakelijk gebaseerd op de collecties van Nederlandse Etnologie en Variatielinguïstiek op het Meertens Instituut. De persoonlijke expertise van de Meertens-documentalisten speelt daarbij een belangrijke rol. Vragen over familienamen en voornamen – veelal per e-mail naar aanleiding van de Nederlandse Familienamen Databank en de Nederlandse Voornamen Databank op de Meertens-website – worden beantwoord door de naamkundige staf. De dienstverlening is primair gericht op wetenschappers maar ze kan ook ondersteuning bieden aan journalisten, radio- en tvmakers, amateuronderzoekers en andere geïnteresseerden. De binnengekomen verzoeken en de daarvoor gevonden informatie worden opgenomen in een registratiesysteem dat een hulpmiddel vormt voor toekomstige informatieverstrekking.
Resultaten in 2010: Er zijn in totaal 77 verzoeken om inlichtingen binnengekomen, waarvan 58 afspraken voor een bezoek aan de leeszaal gemaakt. In 2010 werden tientallen familienaamverzoeken via NedFamData beantwoord.
Medewerkers: B.L. van den Berg (uitvoerder), R. Boerrigter (uitvoerder), L.S.G.B. Brouwer (uitvoerder), E. Doelman (uitvoerder), D. Gerritzen (uitvoerder), E. van der Grijn-Santen (uitvoerder), J.J. Schell (coördinator), M.L.C. van Zuijlen (uitvoerder).

Projecten

Bedevaartplaatsen in Nederland on Line (BiN-on Line/BoL) (2006-2010)

Bewerking, onderhoud en uitbreiding van de online databank Bedevaartplaatsen in Nederland (BoL); Verwerving en beheer van data en documentatie inzake heilige en bedevaartplaatsen, t.b.v. de database en het materiële BiN-documentatiebestand. Stimulering van het gebruik van de BoL-database en vergroting van de kennis inzake de Nederlandse en Europese bedevaartcultuur ten behoeve van het wetenschappelijk onderzoek alsmede voor een breder publiek. Deelproject van ‘Shrines and Pilgrimage’. Internet: http://www.meertens.knaw.nl/bol/. Deelproject van ‘Shrines and Pilgrimage’.
Resultaten in 2010: inhoudelijk onderhoud en updating van de bank, samenwerking met Trouw voor een publiekskaart van de bedevaartplaatsen (‘Trouw in de Buurt’), die zowel via Trouw als Via Meertens te bezoeken is. Koppeling van de betreffende lemma’s aan de beschermheiligenbank en veldwerk uitgevoerd naar O.L. Vrouw van Fatima in Moerdijk.
Medewerkers: P.J. Margry (projectleider/uitvoerder), C. Caspers (TBI Nijmegen), C.M. van der Peet (ontwikkelaar ICT).

Beschermheiligen in Nederland (2009-2010)

Het doel van het project is om de collectie op een duurzame manier voor onderzoek via internet toegankelijk te maken. Op dit moment is de collectie beschikbaar als onderdeel van de gedrukte Volkskundige Atlas. Deze atlas bestaat uit kaarten met daarbij het commentaar in boekvorm. Het gaat wat betreft de beschermheiligen om 11 kaarten met commentaren van de volgende twee atlasdelen: P.J. Meertens en M. de Meyer, met medewerking van H. De Visser en J.J. Voskuil, Volkskundige Atlas voor Nederland en Vlaams- België, Commentaar, Aflevering II (Antwerpen 1965) en M. de Meyer, Volkskundige Atlas voor Nederland en Vlaams- België, Commentaar, Aflevering III (Antwerpen 1968). De originele vragenlijsten waarop de atlas zijn gebaseerd zijn beschikbaar en worden op dit moment gedigitaliseerd. Het is de bedoeling dat de vragenlijsten gekoppeld worden aan de digitale atlas zodat ook de originele bron kan worden geraadpleegd. De beschermheiligen worden, aangezien ze een plaatsnaam en een Kloekenummer hebben, onsloten met behulp van een geografisch informatiesysteem (GIS). In de database staat naast informatie over de beschermheilige en een link naar de originele vragenlijsten ook een geografische positie in Nederland. De digitale beschermheiligenkaart kan dan onder andere gecombineerd worden met de Nederlandse Bedevaartbank. Een andere project waarbij de beschermheiligenkaart direct kan aansluiten is Alfalab. De kaart en de database kunnen dan gecombineerd worden met andere ruimtelijke bronnen zoals microtoponiemen. Internet: http://www.meertens.knaw.nl/beschermheiligen. Project in samenwerking met: DANS Den Haag.
Resultaten in 2010: begin 2010 heeft J. P. Kunst de taken van R. Zeeman overgenomen. Hij heeft de website en database vorm gegeven. T. Pina heeft de data ingevoerd. In september is haar taak overgenomen door I. Meijer. P.J. Margry was verantwoordelijk voor inhoudelijke kant (tekst voor de website, scan en invoer activiteiten). D. Zeldenrust heeft voor de coördinatie gezorgd. Op 2 december is het project formeel afgesloten en de site voor het publiek opengesteld. Grote belangstelling vanuit de media; publieks- en collegiale reacties hebben geleid tot enkele kleine aanpassingen van de site.
Medewerkers: J. P. Kunst (ontwikkelaar ICT), P. J. Margry (wetenschappelijke projectleiding), I. Meijer (projectmedewerker), T. Pina (projectmedewerker), R. Zeeman (ontwikkelaar ICT), D.  Zeldenrust (coördinatie project).

Databank materiële cultuur (Boedelbank) (1987-…)

De databank materiële cultuur van het Meertens Instituut bevat meer dan 5000 boedelbeschrijvingen uit twaalf verschillende Nederlandse dorpen en stadjes (Doesburg, Geldermalsen, Lichtenvoorde/Groenlo, Maasland, Maassluis, Medemblik, Oirschot, Rosmalen, Twisk, Weesp en Weesperkarspel). De boedelinventarissen dateren uit de zeventiende, achttiende en negentiende eeuw. Circa 3000 beschrijvingen zijn integraal opgenomen in de digitale databank. De overige 2000 inventarissen worden in fotokopie of microfilm in het boedelarchief bewaard. Internet: http://www.meertens.knaw.nl/boedelbank.
Resultaten in 2010: 1 artikel (H.C Dibbits, ‘Pronken as Practice. Material Culture in The Netherlands’, Luxury in the Low Countries. Miscellaneous Reflections on Netherlandish Material Culture, 1500 to the Present (Brussels, Pharo Publishing 2010), p. 135-158). Aan de verzameling boedelbeschrijvingen werden ca. 200 getranscribeerde Delftse boedelbeschrijvingen toegevoegd, afkomstig uit de nalatenschap van Thera Wijsenbeek. In het kader van een programma voor Akademiestudenten presenteerde H.C. Dibbits de boedelbank op een door de Universiteit Utrecht georganiseerde bijeenkomst voor boedelonderzoekers (betrokkenen o.a. O. Gelderblom, J. Jonker, H. Deneweth.).
Medewerkers: H.C. Dibbits (projectleider), E. Doelman (uitvoerder), C.M. van der Peet (software-ontwikkelaar).

De Nederlandse Volksverhalenbank (1994-…)

Een elektronische database met Nederlandse Volksverhalen waarin de reeds verzamelde volksverhalen in het Meertensarchief worden ontsloten, en waarin nieuwe volksverhalen worden opgeslagen en gedocumenteerd. De bank is opgezet als onderzoeksinstrument op het gebied van de Nederlandse etnologie en letterkunde, en wordt voortdurend uitgebreid. Sinds de aanvang van de Nederlandse Volksverhalenbank in oktober 1994 zijn er jaarlijks tussen de 1000 en 2000 verhalen toegevoegd. Na de millenniumwisseling is de invoer geïntensiveerd, waarvoor stagiaires en extra invoerkrachten zijn aangetrokken. De Nederlandse Volksverhalenbank bevatte toen meer dan 30.000 verhalen. Internet: <http://www.verhalenbank.nl..
Resultaten in 2010: dit jaar heeft de invoer in de Nederlandse Volksverhalenbank op een laag pitje gestaan, en zijn er slechts 800 verhalen toegevoegd. Dit heeft in hoge mate te maken met de afwezigheid van R. A. Koman voor een groot deel van het jaar, alsmede de daarmee samenhangende hoeveelheid stagiaires die is begeleid. het aantal medewerkers voor het DOC Volksverhaal is daarmee teruggebracht tot T. Meder (0,8 fte) en M. van Zuijlen (0,4 fte). De lezing die T. Meder in 2009 hield op het congres van de International Society for Folk Narrative Research (ISFNR) in Athene is in 2010 gepubliceerd in het internationale tijdschrift Fabula onder de titel: ‘From a Dutch Folktale Database towards an International Folktale Database’.
Medewerkers: R.A. Koman (projectleider DOC Volksverhaal), T. Meder (coördinator), M. van Zuijlen (beheerder Volksverhalenbank).

Digitalisering en ontsluiting Collectie Pol Heyns (2009-2010)

Ver voor Ate Doornbosch in Nederland zijn veldwerkopnames van ballades maakte, was er in Vlaanderen al Pol Heyns (1906-1960). Deze radiopionier nam in de jaren 30 van de twintigste eeuw vele tientallen liederen op, welke recentelijk werden teruggevonden in de archieven van de VRT. In samenwerking met de VRT en Heyns-kenner Wim Bosmans worden de opnames van Heyns nu geïntegreerd in de Nederlandse liederenbank. Deelproject van ‘Nederlandse Liederenbank: actualisering, verrijking en uitbreiding’, in samenwerking met: VRT.
Resultaten in 2010: in 2010 voltooide vrijwilliger A. Petterson de beschrijving van de collectie Heyns. Bovendien maakte ze een eerste versie van de introducerende webteksten, die, samen met de collectie, in 2011 online zullen worden gepubliceerd.
Medewerker: M.J. de Bruin (projectleider/ontwikkelaar ICT).

Digitalisering tot database van de Taalatlas van Noord- en Zuid-nederland (2009-2010)

Project met studenten van de Department of Information and Computing Sciences van de Universiteit Utrecht waarbij de symbolen op de symboolkaarten van de Taalatlas van Noord- en Zuid-Nederland worden gelokaliseerd én herkend aan de hand van de legenda zodat een lijst ontstaat van plaatsen plus hun legenda-items, per kaart.
Resultaten in 2010: cd met resultaten retour uit Utrecht. Resultaten over slechts een aantal kaarten. Ontwikkelde Java-programma’s meegeleverd.
Medewerkers: S. Barbiers (senior onderzoeker), B.L. van den Berg (onderzoeksmedewerker).

Dutch Songs On Line (2009-2013)

Met dit project moet het probleem worden opgelost dat de Nederlandse Liederenbank weliswaar metadata van zeer veel liederen bevat, maar weinig volledige teksten. In Dutch Songs On Line worden zo’n 100.000 liedteksten toegevoegd uit de periode tot 1900, zo veel mogelijk in gedigitaliseerde vorm. Om die adequaat te kunnen doorzoeken wordt een ingrijpende aanpassing van de database-applicatie doorgevoerd, die nu op XML-leest wordt geschoeid. Het nieuwe onderzoeksinstrument wordt beproefd in een werkgroep onderzoekers die zich bezighouden met problemen rond de identiteit van zingende groepen uit de vroeg-moderne periode. Deelproject van ‘Nederlandse Liederenbank: actualisering, verrijking en uitbreiding’, in samenwerking met: Universiteit Utrecht, DBNL.
Resultaten in 2010: onderzoeksassistenten A. Arendsen en A. Houben (beiden UU, gedetacheerd MI) maakten i.s.m. projectleider digitalisering M. de Bruin diverse selecties van de te digitaliseren bronnen en voerden meerdere voor dit project nodige verrijkingsslagen uit in de Nederlandse Liederenbank (zie ook ‘Nederlandse Liederenbank: actualisering, verrijking en uitbreiding’). Ook voegden ze honderden nieuwe liedbeschrijvingen toe, vooral van liederen uit de 18e en 19e eeuw. In mei 2010 werd een top-100 van populaire liedboeken gepresenteerd aan vakgenoten (‘Werkgroep van het Nederlandse lied’) tijdens een klein symposium op de Dag van het Nederlandse Lied. Hier werden zowel door enkele leden van het projectteam als leden van de werkgroep lezingen gehouden over liecultuur. Voorbereidingen werden getroffen voor de bijeenkomst van de Werkgroep van het Nederlandse lied in 2011 en voor een subsidie-aanvraag bij NWO voor een onderzoeksproject naar liederen en jeugdcultuur.
Medewerkers: M. de Bruin (projectleider digitalisering), C. Arends (zelfstandige), A. Arendsen (UU, gedetacheerd MI), L.P. Grijp (wetenschappelijk leider), M. Houben (UU, gedetacheerd MI).

Geluidsmarkering Goeman-Taeldeman-Van Reenen data middels Praat (2009-…)

Het aanbrengen van markeringen bij de digitale opnames ten behoeve van koppeling van de audio aan de bestaande transcripties. Internet: http://www.meertens.knaw.nl/mand/database.
Resultaten in 2010: 35 audio-opnames verwerkt, oplijnen en correctiewerkzaamheden.
Medewerkers: B.L. van den Berg (onderzoeksmedewerker), P.Th. van Reenen (emeritus, vrijwilliger), A. van Reenen-Jongkind (vrijwilliger).

GTR-project Databank Dialectdata, gebaseerd op geluidsopnamen (2000-…)

Onderhoud en verrijking van de database van fonetische transcripties uit het veldwerkproject ‘Fonologie en Morfologie van de Nederlandse Dialecten op basis van veldwerk’ (1983-1990). Het betreft gedetailleerde fonetische transcripten van steeds 1876 items uit 364 plaatsen in Nederland (366 opnames), 58 Friese, 179 Vlaamse plaatsen en 10 plaatsen in Noord-Frankrijk. De databank van het GTR (Goeman, Taeldeman en van Reenen) -project vormt de basis voor de Morfologische Atlas van Nederlandse Dialecten (MAND) en de Fonologische Atlas van Nederlandse Dialecten (FAND, Gent). Project in samenwerking met: VU, Fryske Akademy, RUG, Katholieke Universiteit Leuven, Rijksuniversiteit Gent.
Resultaten in 2010: datacorrecties nav GTRPRAAT.
Medewerkers: A.C.M. Goeman (projectleider), B.L. van den Berg (uitvoerder), J. P. Kunst (ontwikkelaar ICT), P. Th. van Reenen (VU).

Knipselarchief (2000-…)

De opbouw van een verzameling kranten- en tijdschriftknipsels op het gebied van de Nederlandse etnologie, op basis van een corpus van regionale dagbladen. De verzameling is in eerste instantie gericht op lopende projecten, daarnaast is zij bedoeld om nieuwe trends te signaleren.
Resultaten in 2010: toevoeging van ongeveer 225 knipsels.
Medewerkers: T. Tegelaers (uitvoerder), M.L.C. van Zuijlen (documentalist).

Meldpunt Taal (2010-…)

Website waar het grote publiek alles kan melden wat met betrekking tot de Nederlandse taal opgevallen is. Bijvoorbeeld: uitspraakveranderingen, de opkomst van nieuwe woorden of uitdrukkingen, de toenemende onbekendheid van verouderende woorden en uitdrukkingen, het gebruik van dialectwoorden, taalergernissen, mooie woorden of uitdrukkingen, enzovoorts. Daarnaast wisselende enquêtes over de taal van alledag in heden of verleden. Internet: http://www.meldpunttaal.nl. Project in samenwerking met: Instituut voor Nederlandse Lexicologie, Onze Taal, Van Dale, Nederlandse Taalunie.
Resultaten in 2010: Meldpunt Taal gelanceerd (15 juni 2010). Geïmplementeerd in LimeSurvey; webdesign door R. van Strien (INL). Deelonderzoeken over fopopdrachten, voetbaltaal en dooddoeners gestart (15 juni) en afgesloten (17 september). Deelonderzoeken over Belgisch-Nederlandse woorden en liedjes over Joden gestart (20 september).
Medewerkers: M. van Oostendorp (projectleider), J. P. Kunst (ontwikkelaar ICT), R. van Strien (Instituut voor Nederlandse Lexicologie).

Metadata-invoer bij de Soundbites (2008-…)

Ontwikkeling van invoer-database en invoer-protocol. Feitelijk deel van de werkcolleges bij Randstad-master cursus van H. Bennis. Internet: http://www.meertens.knaw.nl/soundbites. Deelproject van ‘Soundbites uit vervlogen tijden’.
Resultaten in 2010: verwerking van de invoer van 254 persoonsrecords bij 129 opnames.
Medewerkers: B.L. van den Berg (onderzoeksmedewerker), E. Boef (onderzoeker in opleiding), F. Wesseling (onderzoeksmedewerker).

Naambestanden uit de Gemeentelijke Basisadministratie gereedmaken voor onderzoek en documentatie (2006-2010)

Naambestanden uit de Gemeentelijke Basisadministratie worden geschikt gemaakt voor onderzoek en voor integratie met de Nederlandse Familienamen Databank en de Nederlandse Voornamen data bank. De voornamenselectie (van 1 juli 2006) omvat ca 18 miljoen volledige voornamen van personen die na 1994 leefden, en ca 2 miljoen namen van personen die eerder overleden. De laatste groep kan meerdere malen voorkomen en moet opgeschoond worden. Daarnaast komt er software om per voornaam een verspreidingskaart over Nederland te maken (per geboorteplaats), en een populariteitsdistributie vanaf 1900. Per naam wordt deze informatie als eerste naam en als volgnaam beschikbaar gesteld, en kan – indien beschikbaar – gekoppeld worden aan de achtergrondbeschrijving uit de NVD. Voor familienamen is de selectie op 4 september 2007 uitgevoerd, en van ca 18 miljoen personen is de familienaam bekend. Ook hier kan een verspreidingskaart (van woonplaats) per naam worden gegeneerd, en is integratie met de NFD doel. Bij publicatie wordt streng gelet op privacy aspecten. Deelproject van ‘DOC Namen’, in samenwerking met: Utrecht institute of Linguistics, Universiteit Utrecht.
Resultaten in 2010: de aanpassing van de databasestructuur voor voornamen is voltooid. De online Nederlandse Voornamenbank is reedgekomen en op 6 juni 2010 gelanceerd, met veel media aandacht. Informatie over waarschijnlijk foutieve gegevens in de GBA-voornamen zijn teruggekoppeld aan de beheersorganisatie. De privacyrestricties voor de Nederlandse Familienamenbank zijn iets verruimd aan de hand van vermeldingen in het telefoonboek van 2007. Er zijn afspraken gemaakt om een nieuwe voornamenselectie uit de GBA te realiseren op 1 januari 2011 (selectie incrementeel vanaf 2006).
Medewerkers: G. Bloothooft (medewerker), J. P. Kunst (ontwikkelaar ICT), M. van der Peet (ontwikkelaar ICT)

Namen en Naamkunde in Nederland en elders (NNN) (2002-…)

Online versie van de Onomastische Literatuur Service (OLS), een documentatiesysteem dat de ontsluiting verzorgt van naamkundige en overige literatuur over namen en naamkundige onderwerpen. Internet: http://www.meertens.nl/nnn/. Deelproject van ‘Onomastische Literatuur Service (OLS’.
Resultaten in 2010: toevoeging van 212 records (totaal: 17620).
Medewerkers: L.S.G.B. Brouwer (uitvoerder).

Namenportaal (2009-…)

Het Namenportaal is een website die een algemeen toegankelijke ingang verschaft op naamkundige databestanden, teksten en gedigitaliseerde literatuur. De website houdt rekening met een gevarieerde doelgroep die bestaat uit onderzoekers, het onderwijs, journalisten en het brede publiek.
Medewerkers: D. Gerritzen (Uitvoerder), R. Boerrigter (Uitvoerder), L. Brouwer (Uitvoerder), I. Meijer (DTP’er).
Resultaten 2010: momenteel verkeert het project in de voorbereidende fase.

Nederlandse Familienamenbank (2009-…)

De Nederlandse Familienamenbank biedt een overzicht van de familienamen in Nederland anno 1947 en 2007 met verspreidingskaarten. De namen zijn in een relatiesysteem ondergebracht; ze zijn voorzien van kenmerken, naamsverklaringen en literatuurverwijzingen. NFB is een gerevisioneerde versie van de Nederlandse Familienamen Databank (NFD), die in de periode 2000-2009 beschikbaar werd gesteld. Internet: http://www.meertens.knaw.nl/nfb.
Resultaten in 2010: in 2010 zijn er 9646 records toegevoegd.
Medewerkers: L. Brouwer (onderzoekmedewerker), M. Brouwer (ontwikkelaar ICT).

Nederlandse Liederenbank: actualisering, verrijking en uitbreiding (1990-…)

De Nederlandse Liederenbank bevat metadata (beginregel, refrein, wijsaanduiding etc.) van meer dan 125.000 Nederlandse liederen, vanaf de Middeleeuwen tot in beginsel het heden. Van een aantal liederen zijn ook de volledige teksten en/of de muziek opgenomen. De database is sedert 1990 veel geraadpleegd door wetenschappers en publiek en moet ook in de toekomst duurzaam beschikbaar blijven als onderzoeksinstrument. De invoer van de gegevens is voornamelijk geschied, en geschiedt nog steeds, via tijdelijke, meest extern gefinancierde projecten. Daarnaast worden bestaande beschrijvingen verrijkt, bijvoorbeeld door gegevens en/of volledige teksten en melodieën toe te voegen. Los van invoer en dataverrijking vergt de database ook onderhoud: aanpassingen, verbeteringen en aanvullingen in zowel content als software. Project in samenwerking met: Universiteit Antwerpen, Digitale Bibliotheek Nederland, Koninklijke Bibliotheek.
Resultaten in 2010: in 2010 werden door collectiespecialisten E. van der Grijn, A. Arendsen, A. Houben, M. Kaptein, I. Muller en promovenda M. Lefeber ruim 4250 liedbeschrijvingen toegevoegd aan de Nederlandse Liederenbank, de meeste in het kader van de projecten ‘Dutch Songs On Line’, ‘Speelmuziek’, ‘Achttiende-eeuwse bellenspeelklokmuziek in Nederland’ en ‘Digitalisering en ontsluiting Collectie Pol Heyns’ (zie aldaar). De infrastructuur van de liederenbank werd in het kader van de verschillende deelprojecten aangescherpt en uitgebreid (zie ‘Software-ontwikkeling t.b.v. online Nederlandse Liederenbank’). Verder werden door E. van der Grijn, M. Kaptein en anderen (stagiairs, studenten) enkele honderden melodieën gecodeerd t.b.v. het ‘Speelmuziek’-project. A. Arendsen voegde c. 100 nieuwe bronbeschrijvingen toe en werkte 200 bronbeschrijvingen op tot het vereiste bibliografische niveau. Er werden 210 vragen uit het land beantwoord. E. Stronks (UU) en M. de Bruin dienden een aanvraag voor een curatieproject van de Liederenbank als geheel in bij de tweede call van CLARIN-NL; deze aanvraag werd gehonoreerd en het project zal in 2011 van start gaan.
Medewerkers: M. de Bruin (ontwikkelaar ICT), E. van der Grijn Santen (informatiespecialist), L.P. Grijp (onderzoeker).

Nederlandse Toponiemen Databank (2008-…)

De Nederlandse Toponiemen Databank zal de basis gaan vormen van de toponymische documentatie. Ook zal deze databank dienen als een raamwerk voor de digitale ontsluiting van de collectie microtoponiemen van het Meertens Instituut (circa 225.000 systeemkaarten en circa 1750 topografische kaarten). Voor de verdere ontsluiting van de collectie microtoponiemen wordt ingezet op technieken waarmee lokale experts de verzameling gegevens kunnen verrijken.
Resultaten in 2010: De collectie (en dat wil zeggen de fiches en de veldnaamkaarten) is in het kader van project Alfalab in 2010 gescanned. In 2011 zal de digitale collectie toegankelijk gemaakt worden via een webbased geografisch informatie systeem dat in het kader van een pilot project voor Alfalab door de afdeling Technische Ontwikkeling van het Meertens Instituut ontwikkeld zal worden. Medio 2011 zal deze nieuwe applicatie opgeleverd worden.
Medewerker: D. Zeldenrust (coördinator externe samenwerking).

Nederlandse Voornamen Databank (2000-…)

De Nederlandse Voornamenbank geeft informatie over de circa 500.000 verschillende officiële voornamen die in Nederland voorkomen. Het bestand heeft voor ruim 20.000 voornamen een naamsverklaring. Internet: http://www.meertens.knaw.nl/nvb
Resultaten in 2010: lancering van de nieuwe versie met de 500.000 namen uit de Gemeentelijke Basisadministratie. Beantwoording van circa 800 e-mails naar aanleiding van deze gebeurtenis.
Medewerkers: G. Bloothooft (Universiteit Utrecht), D. Gerritzen (uitvoerder/redacteur), J.P. Kunst (applicatiebijdragen).

Online archief Bureau Wederopbouwboerderijen (BWB) (2010-2010)

Ontwikkeling website voor ontsluiting archief Bureau Wederopbouwboerderijen. Internet: http://www.meertens.knaw.nl/bwb. Deelproject van ‘Erfenis van het verlies? Wederopbouwboerderijen en de culturele omgang met traditie, modernisering en de Tweede Wereldoorlog’.
Medewerkers: S. Elpers (Promovendus), Rob Zeeman (ontwikkelaar ICT).

Onomastische Literatuur Service (OLS) (1989-…)

Gedetailleerd ontsloten bibliografisch databestand, uitgebreid met diverse zoekmogelijkheden, gebaseerd op het voormalige kaartsysteem. Het bestand bevat vooral toponymische informatie; meer dan 55.000 records.
Resultaten in 2010: 225 records toegevoegd.
Medewerkers: L.S.G.B. Brouwer (projectleider/uitvoerder).


PLAntennamen in de Nederlandse Dialecten (2000-…)

De PLAND biedt een inventarisatie van de volksnamen van planten in het Nederlandse taalgebied. Het materiaal omvat inmiddels ruim 313.000 records en is opgebouwd uit monografische, mondelinge en schriftelijk verzamelde data en gaat terug tot 1800. De toegang ertoe is op de website zowel taalkundig als botanisch. De PLAND presenteert de data per plant in de vorm een taalkaart (met de 11 meest frequente benamingen) en het materiaal in de vorm van een soort (dialect-)woordenboek met opgave van de bronnen, datering, lokalisatie plus illustraties en via een link de secundaire taalkundige literatuur. Daarnaast biedt de database de mogelijkheid taalkaarten op te roepen die laten zien voor welke planten bepaalde volksnamen gebruikt worden. Op 16-02-2006 is de website PLAND officieel in gebruik genomen. De database wordt echter doorlopend uitgebreid mmv Dr. J. Kruijsen en andere vakgenoten. Naast de gegevens uit vragenlijsten (80%) zijn ook de grote dialectwoordenboeken opgenomen, zoals het Woordenboek van de Vlaamse Dialecten (WVD), het Woordenboek van de Overijsselse Dialecten (WOD) en het Woordenboek van de Brabantse Dialecten (WBD) en het Woordenboek van de Limburgse Dialecten (WLD). De PLAND is aangesloten bij Netherlands Biodiversity Information Facility (NLBIF) en is in zijn soort de grootste collectie ter wereld. Internet: http://www.meertens.knaw.nl/pland. Deelproject van ‘PLAND’, in samenwerking met: R.U. Nijmegen, afdeling Taalwetenschap, R.U. Gent, afdeling Nederlandse Taalkunde en Vlaamse Dialectologie.
Resultaten 2010: voordracht op 27 november voor de Limburgse Vereniging voor Dialect- en Naamkunde over de volksnamen van planten in Beringen, waarvan het deel van H. Brok (‘Introductie tot de PLAND: Plantennamen in de Nederlandse Dialecten’) speciaal over de PLAND ging. Artikel in bundel: Kruijsen, T.J.W.M. & Brok, H.J.T.M. (2010). Vossenstaart, leeuwenbekje en koeienoog. Theriomorfe benoemingsaspecten in de volksnamen van planten. In J. De Caluwe & J. Van Keymeulen (Eds.), Voor Magda. Artikelen voor Magda Devos bij haar afscheid van de Universiteit Gent (pp. 73-92). Gent: Academia Press.
Medewerkers: H.J.T.M. Brok (uitvoerder), J. Kruijsen (uitvoerder).

Speelmuziek (2010-2011)

Het Nederlands Muziek Instituut verwierf in 2006 een unieke verzameling Nederlandse speelmansboeken uit de 18e en 19e eeuw. Deze collectie, bijeengebracht door de wiskundige en musicoloog dr. Christiaan C. Vlam (1916-1999), bestaat uit 21 Nederlandse volksmuziek-handschriften uit de periode 1700-1900. Het zijn handschriften waarin violisten, fluitisten en andere speellieden het repertoire noteerden waarmee zij hun brood verdienden. Deze manuscripten vormen de belangrijkste bron van onze kennis van de populaire muziek van die tijd. Musicoloog Prof. Dr. L.P. Grijp stelde in 2006 vast dat de cultuurhistorische waarde van de collectie Vlam onmiskenbaar is, al is het alleen maar om het aantal unieke melodieën dat de collectie bevat. In ‘Speelmuziek’ wordt de collectie gescand en online toegankelijk gemaakt op de website van het NMI. Omdat de collectie verband houdt met contemporain liedmateriaal, zal zij tevens worden ontsloten in de Nederlandse Liederenbank van het Meertens Instituut. Met hulp van vrijwilligers zullen vele melodieën in muzikaal doorzoekbare notatie worden toegevoegd. Speelmuziek zoals in de collectie Vlam is een namelijk een waardevolle bron voor de grote groep zich op volksmuziek richtende musici in Nederland en Vlaanderen. Deze actieve muzikanten hebben de expertise om de handschriften te interpreteren: zij kunnen als geen ander begrijpen wat de 18e- en 19e-eeuwse speellieden hebben bedoeld. De website van de Nederlandse Liederenbank is uitgebreid met een speciaal op deze muzikanten gerichte module, waarin zij met web 2.0 technieken melodieën kunnen up- en downloaden en van commentaar voorzien. Project in samenwerking met: Nederlands Muziek Instituut.
Resultaten in 2010: in 2010 werden ruim 2200 beschrijvingen van melodieën uit het corpus Vlam toegevoegd aan de Nederlandse Liederenbank door projectmedewerkers M. Kaptein, I. Muller i.s.m. collectiespecialist E. van der Grijn Santen. Ook werden de eerste paar honderd melodieën gedigitaliseerd, d.w.z. omgezet in machinedoorzoekbare code. De software voor Speelmuziek, inclusief een up- en downloadmodule voor muziektranscripties werd ontwikkeld door ontwikkelaar B. Versteegh.
Medewerkers: M.J. de Bruin (projectleider/ontwikkelaar), E. van der Grijn Santen (senior collectiespecialist), M. Kaptein (collectiespecialist), I. Muller (collectiespecialist), B. Versteegh (ontwikkelaar ICT), L.P. Grijp (adviseur).
 

Vernieuwing vragenlijsten (2009-2010)

Herziening online vragenlijsten-infrastructuur, herziening invoerprotocol. Internet: http://www.meertens.knaw.nl/meertenspanel.
Resultaten in 2010: nieuwe versie Meertens panel in gebruik genomen. Additionele software ontwikkeld voor vragenlijst Nederlandse Grammatica en nieuwe vragenlijst-software ontwikkeld voor vragenlijst Gesproken Nederlands.
Medewerkers: M. Jansen (uitvoerder), R. Zeeman (ontwikkelaar ICT).

Verteld Verleden (2010-2012)

Na 50 jaar Oral History bedrijven in Nederland en een decennium van baanbrekend werk op het gebied van digitaal beheer, ontsluiting en toegang van erfgoedcollecties, is het tijd voor een nieuw startpunt: het bundelen en verspreiden van kennis en mogelijkheden op dit gebied zodat alle verschijningsvormen van Oral History beter ontsloten kunnen worden. Verteld Verleden, een ontwikkelproject in het kader van Digitalisering met Beleid dat begin 2010 van start gaat, geeft het startsein voor een gedistribueerde aanpak voor gemeenschappelijke toegang tot Oral History collecties in Nederland. Verteld Verleden schept duidelijke voorwaarden voor beheer, (nieuwe vormen van) ontsluiting, doorzoekbaar maken en koppelen van collecties door de inzet van standaarden in een gedistribueerde omgeving. Het laat zien hoe dit in de praktijk kan werken door het bouwen van een connectieservice. Uiteenlopende instellingen in Nederland kunnen hiermee volgens gestandaardiseerde methoden, metadata aanbieden, bevragen en koppelen. Het maakt op basis hiervan Oral History collecties uit diverse hoeken van het erfgoedveld doorzoekbaar via een demonstratie-portal op www.verteldverleden.org. Verteld Verleden werkt praktische scenario’s uit voor collectiebeheerders om zelf aan de slag te gaan. De voordelen van deze aanpak worden breed uitdragen via diverse disseminatieactiviteiten. Project in samenwerking met: Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid (projectcoördinatie), Data Archiving and Networked Services (DANS), Aletta, instituut voor vrouwengeschiedenis, Meertens Instituut.
Resultaten in 2010: het opstellen van een overzicht van de collecties van het Meertens Instituut die inhoudelijk geschikt zijn voor Verleden Verteld. Tevens maakt dit overzicht globaal inzichtelijk welke aanpassingen nodig zijn van de selectie om ze geschikt te maken voor Verteld Verleden. Dit overzicht is naar de partners gegaan. Het mede organiseren en het bijwonen van stuurgroepvergaderingen. Een overleg met CLARIN over de te gebruiken standaarden en eventuele samenwerking is in voorbereiding. Het bijwonen van de Kickoff meeting. Intern overleg gevoerd over wp4 en de implicaties daarvan voor het Meertens Instituut. Op 15 november is wegens een herschikking van de projecten in het Meertens Instituut de coordinerende taak over gegaan naar T. Meder.
Medewerkers: T. Meder (coördinator), D. Zeldenrust (coördinator).

Volkskundige Trefwoorden Databank (VTB) (1984-…)

De Volkskundige Trefwoordenbank, de voortzetting van de Volkskundige Trefwoordencatalogus (VTC), is een systematische elektronische databank op etnologische thema’s en onderwerpen. De databank is gebaseerd op inhoudelijke ontsluiting van Nederlandse en buitenlandse boeken en tijdschriftartikelen, brieven, geluidsbanden, sagenboeken et cetera.
Resultaten in 2010: er zijn 1538 records toegevoegd.
Medewerkers: J.P. Kunst (ontwikkelaar ICT), J.J. Schell (coördinator), M.L.C. van Zuijlen (uitvoerder).

Website Netwerk Naamkunde (2006-…)

Het Netwerk Naamkunde is een platform voor naamkundigen en naamkundig geïnteresseerden in Nederland en Vlaanderen. De website van het netwerk beoogt zowel de communicatie tussen naamkundige onderling als de voorlichting over namen aan een breed publiek te bevorderen. Internet: http://www.naamkunde.net.
Resultaten in 2010: onderhoud.
Medewerkers: R. Boerrigter (onderzoeksmedewerker DOC Namen).

WITCHCRAFT-plus (2009-2011)

In het programma CATCH-plus worden de prototypes en demo’s uit acht van de afgeronde deelprojecten omgezet in bruikbare tools. In het CATCH-project WITCHCRAFT werd een melodieënzoekmachine ontwikkeld die deel zal uitmaken van de Nederlandse Liederenbank. Met deze webgebaseerde zoekmachine kunnen zowel onderzoekers als het grote publiek een groeiende verzameling gecodeerde melodieën doorzoeken door gebruik te maken van zuiver muzikale kenmerken. Tot dusver was een aantal experimentele gereedschappen ontwikkeld voor de codering en het doorzoeken van de liederen, alsmede een aantal componenten voor het gebruikersinterface. Deze zijn echter nog niet robuust en gebruikersvriendelijk genoeg om ze na afloop van het WITCHCRAFT-project betrouwbaar en efficiënt te kunnen blijven inzetten. Het beoogde resultaat van WITCHCRAFT-plus is een suite van componenten waaruit een robuuste, effectieve en bruikbare webgebaseerde zoekmachine voor melodieën kan worden samengesteld, met bijbehorende gereedschappen voor dataproductie en -management. Deelproject van ‘Software-ontwikkeling t.b.v. online Nederlandse Liederenbank’.
Resultaten in 2010: programmeur B. Versteegh voltooide een van de twee benodigde muzikale converters en maakte een begin aan de tweede. De software van WITCHCRAFT-plus werd zoveel mogelijk afgestemd op project Speelmuziek, waarbinnen interface en programmatuur intensief kunnen worden getest. P. van Kranenburg maakte in december een begin aan de refacturing van de bestaande software van het WITCHRAFT-project, dat in 2010 werd afgerond: hij schoonde de bestaande repositorystructuur op, werkte aan de uitontwikkeling van de wce -> kern-converter en ontwierp een gedeelte van de architectuur voor de alignments (framework for sequence alignment). Wegens onduidelijkheid over de financiële situatie lag het project stil van juni t/m oktober 2010.
Medewerkers: M. de Bruin (Projectleider), P. van Kranenburg (ontwikkelaar ICT), B. Versteegh (ontwikkelaar ICT).

Words of Power (Spreukenbank) (2010-…)

Database for words of power (blessings, charms etc.) as part of a project around Words of Power in Medieval Ireland. Internet: http://www.meertens.knaw.nl/wordsofpower.
Resultaten in 2010: het frame van de databank is door M. Brouwer geleverd in 2010.
Medewerkers: J. Borsje (projectleider Universiteit van Amsterdam), M. Brouwer (ontwikkelaar ICT), H.C. Dibbits (medewerker), R. Mantel (vrijwilliger).
 

Afbeeldingen bovenaan:
Keivreter, aquarel door Jan Woldring
Miljoenste exemplaar Prisma-woordenboek Nederlands
Fragment uit liedboek, collectie van J. Moormann
Fragment, dialectaantekeningen over het Herwijnens van Pieter Bijl