Uitgelicht

Meertens Instituut ontvangt unieke collectie Roodkapje-boeken

Deze maand ontving het Meertens Instituut ruim zevenhonderd boeken met het verhaal van Roodkapje. De collectie is afkomstig van de 73-jarige privéverzamelaar Ineke Reitsma, die veertig jaar lang alles van Roodkapje verzamelde: van grammofoonplaten tot poppen. ‘Maar nu is het mooi geweest’.

door Mathilde Jansen

Ze begon ooit als ‘gewone’ verzamelaar, van suikerzakjes en sigarenbandjes. Totdat ze in de jaren tachtig van de vorige eeuw een boek in handen kreeg met de titel ‘Verzamelen is ook een kunst’. Daarin stonden allerlei bijzondere verzamelingen, zoals brillen en deurknoppen. Op dat moment voelde Reitsma een sterke behoefte om ook iets unieks te gaan sparen. “Ik liep de kamer van mijn dochter binnen, die toen vier jaar oud was, en daar trof ik twee poppen aan van Roodkapje en een harmonicaboekje dat ik haar had gegeven. Blijkbaar had ik er wat mee. Misschien doordat ik als 11-jarige met een paar klasgenootjes dit sprookje had nagespeeld, waarbij ik de rol had van Roodkapje.”

Van vitrinekast tot museum

Reitsma begon haar zoektocht op de Koninginnemarkt in Amsterdam, haar toenmalige woonplaats. “Daar heb ik van vier uur ’s morgens tot vier uur ’s middags rondgestruind. Aan het eind van de dag had ik meer dan veertig items van Roodkapje: boekjes, een spaarpotje, een grammofoonplaatje, puzzeltjes, en een ‘omkeerpop’: als je de jurk omhoog doet komt oma tevoorschijn, en als je het hoofd van oma omkeert zit daarachter de kop van de wolf.”

Op de Jacob van Lennepkade richtte ze haar eerste kast met Roodkapje-spulletjes in. En van het een kwam het ander: “In onze buurtbibliotheek vroegen ze of mensen met een verzameling hun spullen tentoon wilden stellen in een vitrinekast. Dat heb ik gedaan, en toen kwam daar een schrijver langs, Chaim Levano, die toevallig bezig was met een toneelstuk over Roodkapje. Dat werd opgevoerd in Bellevue, waar ze ook een hele dag organiseerden met lezingen. Ook daar heb ik toen een tentoonstelling opgebouwd.” Toen ze in de jaren negentig naar Badhoevedorp verhuisde (‘naar een mooi twee-onder-een-kapje’) was de verzameling dusdanig uitgegroeid dat ze haar hele zolder in kon richten als museumpje.

Een beetje bekendheid

Naar aanleiding van de dag in Bellevue kwam de Stichting Volkscultuur bij Reitsma op bezoek, en maakte een rondreizende tentoonstelling bestaande uit acht panelen met onder andere foto’s van haar objecten. “Die panelen gingen het hele land door, naar bibliotheken en universiteiten en zo. Vaak vroegen die instellingen om extra materiaal en dan richtte ik vitrines in voor een paar dagen of weken. Vaak leverde dat weer reacties op van bezoekers die me lieten weten: ik heb ook nog wat van Roodkapje. Zo groeide mijn collectie en kreeg ik een beetje bekendheid wat Roodkapje betreft.”

“Ik heb in een verzamelkrant gestaan en naderhand ben ik ook lezingen gaan geven voor vrouwenverenigingen en in clubhuizen. Dat deed ik samen met mijn zus en dan had ik behoorlijk wat materiaal bij me dat ik op tafels neerzette. Tijdens de lezing gaf mijn zus die spulletjes aan – toen had je nog geen PowerPoint. Ik hield het omhoog en mensen konden in de pauze komen kijken. We zijn op veel plaatsen geweest, ook in het Belgische Diest tijdens een sprookjesfestival. Toen mochten we bij de organisator overnachten, dat was hartstikke leuk.”

Goed gearchiveerde collectie

Maar nu na veertig jaar verzamelen is het mooi geweest, vindt Reitsma. Daarom schenkt ze haar collectie van zo’n zevenhonderd boeken aan het Meertens Instituut. “Ik ben lid geweest van de Stichting Geschiedenis Kinder- en Jeugdliteratuur, en die organiseerde een excursie naar het Meertens Instituut. Dat maakte toen veel indruk, vooral de bibliotheek. Toen dacht ik: daar gaan mijn boeken naartoe, dan gebeurt er misschien nog een keer iets mee. Een promotieonderzoek ofzo.”

Al die boeken heeft zo ook nog eens netjes gearchiveerd in de computer: “Ik ben de hele winter bezig geweest om alles correct in Excel te krijgen, want ik ben een beetje gek, anders spaar je geen Roodkapje natuurlijk, maar dat heb ik in 22 kolommen staan met allerlei bijzonderheden. Dus niet alleen de uitgever en de schrijver, maar ook bijvoorbeeld wat Roodkapje in haar mandje heeft, en of het een Grimm- of een Perrault-versie is.”

Folgert Karsdorp, onderzoeker aan het Meertens Instituut, is onder de indruk van de collectie van Reitsma. In 2016 promoveerde hij op de veranderingen in hervertellingen van Roodkapje, waar hij een computermodel voor ontwikkelde. Tijdens zijn onderzoek heeft hij honderden boeken van Roodkapje door zijn vingers laten glijden, met name uit de collectie van de Koninklijke Bibliotheek. “Er zitten hier boekjes tussen die ik niet eerder ben tegengekomen.”

Moderne verzamelplaats

Haar overige objecten verkoopt Reitsma aan andere verzamelaars, over de hele wereld. Alleen van één ding wil ze geen afstand doen: het eerste beeldje dat ze kocht op die allereerste Koninginnemarkt. “Ik vond het bij een stalletje met van allerlei snuisterijen. Het was een beeldje uit de jaren veertig en ik was er meteen weg van. De verkoper vroeg er twintig gulden voor, maar ik had al mijn geld al uitgegeven. Omdat hij zag hoe blij ik ervan werd, mocht ik het hebben voor een tientje.”

Is de verzamelwoede nu dan helemaal voorbij? “Ik ben toch nog een beetje aan het verzamelen”, geeft Reitsma toe, “maar dan op Pinterest. Daar heb ik 63 mappen met in totaal meer dan vierduizend afbeeldingen van Roodkapje. Je kunt me er vinden onder mijn naam Ineke Reitsma.”

Foto's: 1. Ineke Reitsma in de bibliotheek van het Meertens Instituut (door Lidy Jansen); 2. Boekje uit de collectie; 3. Folgert Karsdorp bekijkt de collectie (door Mathilde Jansen); 4. Eerste beeldje dat Reitsma kocht (door Ineke Reitsma)

Meer lezen?

Hans Ritz (2003), Die Geschichte vom Rotkäppchen: Ursprünge, Analysen, Parodien eines Märchens

Stichting Informatiecentrum Volkscultuur (1989), Roodkapje-symposium in Bellevue Amsterdam.

‘Roodkapje gevangen in een computermodel’, artikel op NEMO Kennislink over het promotieonderzoek van Folgert Karsdorp.

Dit artikel is verschenen in de digitale nieuwsbrief van het Meertens Instituut. Ook abonnee worden? Klik hier.