Nieuw in de collectie: Verhalen van de drakendochter – leven en werk van Maartje Draak

Toen Maartje Draak (1907-1995) veertien jaar was kocht ze het mooi vormgegeven boek Chinesische Volksmärchen van Richard Wilhelm in de ramsj. Zelf benoemde zij dat als hét omslagpunt waardoor ze voorgoed verslingerd raakte aan Oosterse cultuur en aan de wereld van sprookjes en volksverhalen. Een gevolg was dat Maartje Draak een mooie collectie sprookjesboeken bij elkaar verzamelde, die nu te bewonderen is in het Meertens Instituut.

Eerste vrouw

In Verhalen van de drakendochter beschrijft auteur Willem Gerritsen nauwgezet de loop van Draaks academische carrière en haar omvangrijke wetenschappelijke productie. Die had onder andere betrekking op vertellers, verhalen, sprookjes, Ierse literatuur en Middelnederlandse letterkunde. In 1936 promoveerde Draak op de Waleweinroman, waarbij ze betoogde dat het verhaal uit een sprookje was voortgekomen.

Na een Ierse studiereis en een aantal jaren als lerares Nederlands werd ze in 1949 benoemd tot lector (later hoogleraar) Keltische taal- en letterkunde in Utrecht en Amsterdam. In 1955 werd Draak als eerste vrouw gekozen tot lid van de afdeling Letterkunde van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen. In 1982 ging ‘juffrouw Draak’, zoals ze tot haar ergernis bij de KNAW werd aangesproken, op 75-jarige leeftijd met emeritaat. Ook daarna bleef ze actief in het wetenschappelijke veld. Zo bleven er artikelen van haar hand verschijnen, en publiceerde ze een drietal vertalingen van Oudierse literatuur in samenwerking met Frida de Jong.

Aziatische kunst

Gerritsen besteedt in zijn boek ook de nodige aandacht aan niet-wetenschappelijke aspecten van het leven van Maartje Draak. Zo was de hoogleraar in haar vrije tijd verwoed verzamelaar van Aziatische kunst, met name keramiek. Een aantal foto’s in de biografie laat zien dat haar verzamelingen in ruime mate verspreid waren ‘over de wanden, de schoorsteen, een belangrijk deel van het vloeroppervlak en over meubilair als kasten, tafeltjes en de zit-slaapbank’. Een andere liefde van Maartje Draak betrof boeken. In de loop van haar leven verzamelde ze een grote en waardevolle collectie boeken over Keltologie, Engelse literatuur en sprookjes. In haar testament schonk ze delen van haar boekenverzameling aan de Universiteit van Amsterdam, de Universiteit van Utrecht en het Meertens Instituut.

De Collectie Draak in het Meertens Instituut wordt door Gerritsen kort genoemd, maar verder niet besproken. Het gaat om in totaal 588 boeken, vaak voorzien van een bijzondere band. Het betreft een zeer internationaal georiënteerde sprookjesverzameling. Naast enkele Nederlandse bundels bevat de collectie onder meer Duitse, Koreaanse, Indiase, Perzische, Japanse, Azteekse en Ierse sprookjesboeken in de oorspronkelijke taal of in vertaling. Een aanzienlijk deel van de verzameling betreft secundaire literatuur over sprookjes en afleveringen van tijdschriften.

Boekenliefde

Bij het bekijken van de Collectie Draak is het duidelijk dat Maartje Draak een speciale band onderhield met haar boeken. In bijna elk exemplaar staat in potlood een datum of een korte aantekening, naast haar sierlijke ex libris (volgens Gerritsen een Chinees karakter voor ‘draak’) gestempeld in rode inkt. Op die manier valt af te leiden dat de boekwerken door Draak werden aangeschaft of gekregen tussen de jaren 1929 en 1987. Een van haar anekdotische aantekeningen gaat over Bertus Aafjes, de schrijver met wie ze in de jaren ’40 samenwerkte aan een uitgave van De reis van Sinte Brandaan.  Ze had hem het boek Kaukasische Märchen geleend, maar hij bezorgde het maar niet terug. Draak noteert: “Ten einde raad – na slordigheid van Aafjes – opnieuw aangeschaft 27/2/'51.”

De Collectie Draak en de hier gesignaleerde biografie door Willem Gerritsen zijn opgenomen in de bibliotheekcollectie van het Meertens Instituut.

Tekst en foto’s: Diedrik van der Wal