Maart 2024: Publieke rouw
Schokkend en onverwacht overlijden leidt tot publieke rouw, dat zagen we bij Peter R. de Vries maar ook bij het plots overlijden van een kind. Irene Stengs onderzoekt (rouw)rituelen en spreekt hierover met het Nederlands Dagblad. “Publieke herdenkingen gaan vaak over politiek-maatschappelijke kwesties.”
Wanneer iemand is overleden, stellen mensen al snel de vraag: wat doen we met al die dingen? Dit gebeurt niet alleen wanneer een huis leeggehaald moet worden, maar ook wanneer een Bekende Nederlander is overleden. Stengs doet onderzoek naar rituelen en populaire cultuur en ziet dat publieke rouw zo oud is als de wereld, maar het karakter is de afgelopen jaren veranderd. “Het openlijk tonen van emoties was voor de jaren tachtig niet aan de orde. Wel was er protest tegen het grote aantal doden in het verkeer, denk bijvoorbeeld aan de actiegroep ‘stop de kindermoord’. Commerciële kanalen en emotietelevisie veranderden dat; wat eerst schroom was, werd nu positief gewaardeerd: tranen. Het verdwijnen van de kerk – niet zozeer geloofsinhoudelijk, maar wel als rituelen-organiserend instituut – draagt ook bij aan het ontstaan van nieuwe herdenkingsrituelen”, aldus Stengs.
Diana
Dit fenomeen is niet typisch Nederlands en zagen we ook bij de Zweedse premier Olof Palme in 1986 en natuurlijk bij prinses Diana. De politiek begreep dat gewoon weggooien door de bevolking gezien zou worden als onverschilligheid voor de emotie. Daarom werden de bloemen tot compost gemaakt, en later, als soort as, uitgestrooid in de Royal Gardens. Na de MH17-aanslag in 2014 werden alle knuffels schoongemaakt en gebruikt voor de ‘Muur van verdriet’ bij de herdenking. Stengs beschouwt de achtergelaten voorwerpen op herdenkingsplekken als ‘heilig afval’. “Enerzijds is er een proces van sacralisering gaande: de bloemen of de knuffels kunnen niet zomaar worden weggegooid, ze zijn een ritueel object geworden. Daar gaat iets dwingends van uit, waardoor er zorgvuldig mee wordt omgegaan, vandalisme komt vrijwel niet voor. Tegelijkertijd is de praktische vraag: wat moet je ermee, niet alles – vooral een enorme hoeveelheid knuffels of kaarsen – kan bewaard worden. In die zin is het afval.”
Krentenbollen
Bij veel personen worden naast knuffels en kaarsen ook persoonlijke spullen neergelegd bij het publieke herdenkingsmonument. Bij Peter R. de Vries waren dat krentenbollen. De restanten van herdenkingsplekken die bewaard kunnen worden – helaas gold dat niet voor de krentenbollen – gaan naar verschillende plekken. Spullen van De Vries gingen naar het Stadsarchief Amsterdam waar Wytze Dijkstra namens het Meertens Instituut onderzoek deed naar rituelen en sacralisering.
Lees het volledige artikel in het Nederlands Dagblad (28 maart 2024).