Een Middelfrankisch deletieproces en de levenscyclus van klankverandering
Uitspraakverschillen evolueren vaak via grammaticaal verschijnsel tot een permanente verandering in de vorm van woorden. Dit proces, dat bekendstaat als de levenscyclus van klankverandering (Bermúdez-Otero 2015), verloopt langzaam, altijd in dezelfde richting, maar niet overal in hetzelfde tempo.
Faseverschillen leiden tot verschillen tussen dialecten en talen. In de theorie die is voorgesteld in Hinskens (2017; 2018) wordt getracht vanuit drie verschillende takken van taalwetenschap helderheid te brengen in de mechanismes die aan het proces ten grondslag liggen.
De theorie wordt onder meer onderzocht aan data over een deletieproces in de Middelfrankische dialecten. Deze dialecten vormen historisch een eigen groep en ook taalstructureel vertonen ze nog enkele interessante overeenkomsten, hoewel ze gesproken worden in het tegenwoordige Duitsland, Frankrijk, Luxemburg, België en Nederland. Jongere ontwikkelingen hebben ertoe geleid dat deze dialecten deel zijn gaan uitmaken van zeer verschillende standaard-dialect-constellaties. Dit gegeven en het feit dat het deletieproces in kwestie in deze dialecten op subtiel verschillende manieren geconditioneerd is, schept de ideale voorwaarden voor de vergelijkende fonologische reconstructie van dit proces en daarmee voor het onderzoek van zijn levenscyclus.
Onderzoek: Frans Hinskens