Publicatie

Syntax of Dutch. Volume III

Syntax of Dutch richt zich op één enkel kernaspect van de Nederlandse grammatica: de zinsbouw of de syntaxis. Ondanks het specialistische onderwerp bestaat het uit maar liefst acht delen, waaraan in totaal meer dan tien jaar is gewerkt. Het resultaat is een uniek naslagwerk voor taalkundigen én geïnteresseerde leken die meer willen weten over de syntactische eigenschappen van de Nederlandse taal.

 

De afgelopen vijftig jaar heeft de formeel-taalkundige studie een grote vlucht genomen, waarbij onderzoek naar de Nederlandse syntaxis een belangrijke rol gespeeld heeft. Het onderzoek naar het Nederlands heeft vele nieuwe verschijnselen blootgelegd en aanleiding gegeven tot nieuwe inzichten die niet alleen van belang zijn voor de formele taalkunde, maar ook voor een grotere groep taalkundigen. Deze nieuwe bevindingen zijn vaak moeilijk toegankelijk doordat zij verborgen zitten in specialistische boeken en artikelen.

De Syntax of Dutch, die in de periode 2012-2016 in ten minste zeven boekdelen zal verschijnen, streeft ernaar deze kennis te ontsluiten door een zo volledig mogelijk overzicht te geven van de syntaxis van het Nederlands. Het werk is vooral beschrijvend van aard en presenteert de belangrijkste nieuwe inzichten met behulp van een algemeen toegankelijk begrippenapparaat. Het werk richt zich op de internationale gemeenschap van professionele taalkundigen en gevorderde studenten.

Centraal staan de vier zogenaamde lexicale categorieën: werkwoord, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord en voorzetsel. Alle delen hebben dezelfde opbouw. Na een meer algemene introductie van de lexicale categorie in kwestie volgt een uitgebreide bespreking van woordgroepsvorming: voor elke lexicale categorie wordt besproken welke elementen zij selecteren (complementatie), welke bepalingen ze toestaan (modificatie) en met welke functionele categorieën (voegwoord, lidwoord, etc) ze combineren. Tenslotte wordt aandacht besteed aan het syntactische gebruik van de woordgroepen (als argument, predicaat en/of modificeerder). Speciale aandacht wordt besteed aan bijzondere constructietypen zoals binominale constructies (een groep studenten) en verschijnselen zoals het optreden van gesleten voornaamwoordelijke bijwoorden (Ik wacht daar niet op).

Elk van de vier deelstudies bevat een glossarium van minder bekende technische begrippen, een uitgebreid zakenregister en een uitgebreide literatuurlijst.