November 2024: Papoea’s als pleegkind bij Hollandse gezinnen: edelmoedig of koloniaal?
In de negentiende eeuw trok een groep gelovige idealistische echtparen vanuit Holland naar Nieuw-Guinea om lokale Papoeakinderen te adopteren en heropvoeden. De zendingsechtparen waren vol goede bedoelingen, maar hoe nobel was dit beschaven en bekeren nu echt? Historica Geertje Mak (NL-Lab) zocht het uit en schreef er een boek over.
“Het enthousiasme om iets voor een ander te betekenen was in de negentiende eeuw erg levend,” zegt Mak in een toelichtend gesprek over haar boek bij Folia. “Maar het was natuurlijk wel vanuit de gedachte: wij gaan de mensen daar eens vertellen hoe ze beter kunnen leven en christen kunnen worden. Zo’n civilisatiemissie én goed willen doen gingen destijds hand in hand.” Het denken dat we andere mensen kunnen helpen zich verder te ontwikkelen is ook nu in onze westerse wereld nog steeds niet vreemd, zegt Mak. Dat is volgens haar ook precies waar het boek over gaat: de wens om goed te willen doen en de ander iets te geven, in ruil voor dankbaarheid.
Vrijheid
De zendelingen kochten Papoeakinderen vrij en doopten ze. “Er heerste het idee dat Papoea’s een soort van kinderen waren, die door het ‘moederland’ tot zelfstandigheid moesten worden opgevoed”, schrijft Mak. Dat ging niet zonder slag of stoot. Mak: “Een groot misverstand tussen de zendelingen en de Papoea’s ging over vrijheid. De Nederlandse zendelingen kochten de Papoeakinderen vrij en leidden ze op in het bijvoorbeeld bewerken van grond, met de gedachte dat ze later hun eigen broek op konden houden. Dat was vrijheid. Voor de Papoea’s was individuele autonomie juist totaal onbelangrijk, integendeel zelfs: je bent pas belangrijk als je veel relaties hebt en veel weg te geven hebt”, aldus Mak.
Het oude ideaal om van een zogenaamd ‘natuurvolk’ een ‘cultuurvolk’ te maken ligt tegenwoordig onder vuur. “De kapitalistische exploitatie van de aarde staat nu ter discussie”, zegt Mak. “Nu wordt de manier van leven van de Papoea’s gezien als voorbeeld misschien, waar we nu andersom iets van kunnen leren.”
Lees het artikel in Folia (29 november 2024).