Uitgelicht
Publicatiedatum: 9 september 2025

Smeermiddelen van de taal:

Ton van der Wouden over het partikelwoordenboek

Taalkundige Ton van der Wouden neemt na bijna vijftien jaar afscheid van het Meertens Instituut, maar echt stoppen doet hij waarschijnlijk niet. Zijn fascinatie voor het Nederlands – en vooral partikels – is nog altijd groot. Hij werkt aan het partikelwoordenboek, een inventarisatie van woorden die weinig lijken te zeggen, maar ondertussen van alles betekenen, zoals toch, misschien, wel en maar.

Door: Britt van Sloun

Voor Van der Wouden voelt het vertrek dubbel. “Ik ben niet uitgeput en nog lang niet klaar,” zegt hij enthousiast. “Ik heb het idee dat ik dingen weet die andere mensen niet weten, en die ik moet vertellen.” Zijn carrière begon ruim veertig jaar geleden, toen hij in Leiden afstudeerde in Nederlandse taal en Letterkunde en filosofie. In 1994 promoveerde hij in Groningen op een proefschrift over meervoudige ontkenningen en polariteit. Hoewel zijn werk door de jaren heen varieerde, was er een onderdeel van taal wat hem bleef interesseren: partikels. “Ik heb deze woorden ook wel de smeermiddelen van de taal genoemd.”

Partikels houden een gesprek levend

Portretfoto van Ton van der Wouden
Ton van der Wouden, door: Monique Kooijmans

Partikels zijn kleine woorden die de inhoud en lading van een zin subtiel veranderen. “Op zichzelf hebben ze weinig betekenis”, legt Van der Wouden uit, “maar zonder deze woorden kan je kortaf overkomen en loopt communicatie vaak stroever.” Vergelijk maar eens: ‘ga zitten’ klinkt streng, terwijl ‘ga maar zitten’ stukken vriendelijker overkomt.” Partikels geven nadruk, verzachten een bevel, drukken twijfel uit of maken een zin beleefder. Van der Wouden legt uit dat ze vooral in spreektaal belangrijk zijn. “Spreken is interactief, en partikels geven directe feedback die het gesprek in goede banen leidt.”

Soorten partikels

Hoewel Van der Wouden partikels beschouwt als een aparte woordgroep, worden ze meestal tot de bijwoorden gerekend. Deze indeling helpt eigenlijk niet zoveel, want de categorie ‘bijwoord’ is een restcategorie: alle woorden die geen zelfstandig naamwoord (zoals boek en kennis), werkwoord (lezen en fietsen), voorzetsel (op, naast), enz. zijn, noemen we bijwoorden. Afhankelijk van de functie onderscheiden taalkundigen drie soorten partikels: focuspartikels, zoals in ‘ik eet alleen een appel’, alsof je heel duidelijk wilt maken dat die peer er écht niet bij hoort. Dan zijn er de modale partikels, die meer over je stemming vertellen dan over de inhoud: ‘kom maar binnen’ klinkt veel vriendelijker dan ‘kom binnen’. En als laatste zijn er nog de discourse-partikels. Deze woordjes geven aan hoe de spreker wil dat de ander de zin begrijpt: ‘nou, dat had ik toch echt niet verwacht’. Ze sturen de toon en de relatie tussen spreker en luisteraar.

Je kan verschillende soorten partikels ook combineren in één zin

Partikels werden eeuwenlang genegeerd

Partikels hebben in de taalwetenschap lang weinig aandacht gekregen. Van der Wouden denkt dat dit komt doordat het taalkundig onderzoek naar het Nederlands lang vooral gericht was op geschreven taal. De beschrijving van onze taal is grotendeels gebaseerd op de Latijnse grammatica. Deze taal heeft naamvallen, veel werkwoordsvormen en weinig of geen partikels. In de 17e eeuw, vertelt Van der Wouden, heerste het idee dat het Nederlands zoveel mogelijk moest lijken op het Latijn; de vrijwel verdwenen naamvallen werden in ere hersteld, en wat niet in het Latijnse keurslijf paste, zoals de partikels, werd als onbelangrijk of als ‘rommel’ gezien en uit de grammaticabeschrijving geweerd. Als onze grammatica op het Oudgrieks zou zijn gebaseerd, dan was er waarschijnlijk meer aandacht besteed aan partikels. Deze taal gebruikt namelijk wel veel partikels. Pas in de twintigste eeuw richtten taalkundigen zich meer op spreektaal. Partikels werden ontdekt als belangrijke dragers van nuance en emotie.

Nederlands als nieuwe taal

Voor moedertaalsprekers zijn partikels vanzelfsprekend. Maar wie Nederlands als nieuwe taal leert, vindt ze vaak ingewikkeld. “Het is hopeloos,” zegt Van der Wouden. “Je weet als moedertaalspreker nauwelijks dat je ze gebruikt, je denkt er niet over na en je kunt ook niet uitleggen wanneer je ze gebruikt.” In veel andere talen spelen partikels een minder grote rol, en omdat hun betekenis vaak niet duidelijk is, is het lastig om ze te beschrijven. “Mensen die Nederlands leren kunnen dan ook niet terugvallen op algemene woordenboeken zoals Van Dale,” zegt Van der Wouden. “Met het partikelwoordenboek hoop ik die informatie wel te bieden.”

Sommige Nederlandse partikels kun je niet letterlijk naar andere talen, zoals het Engels, vertalen

Het partikelwoordenboek

Ondanks dat er al sinds de jaren zestig van de vorige eeuw onderzoek wordt gedaan naar partikels, weten taalkundigen nog steeds niet precies hoeveel partikels de Nederlandse taal heeft. “Het valt ook niet te weten hoeveel het er zijn. Niet alleen zijn de grenzen niet duidelijk, er komen ook regelmatig partikels bij, en andere raken uit de mode,” legt Van der Wouden uit. “Het wordt daarom nu toch eindelijk wel eens even tijd om aandacht te besteden aan deze bijzondere categorie kleine woordjes.” Het partikelwoordenboek wordt vooral een naslagwerk voor neerlandici, docenten en ontwikkelaars van lesmateriaal. “Die groepen hebben vaak behoefte aan duidelijke uitleg van deze vaak gebruikte, maar lastig uit te leggen woorden,” zegt hij.

De ‘nog-leeftijd’

Hoewel Van der Wouden officieel met pensioen gaat, voelt het voor hem niet alsof hij afscheid neemt van zijn werk. “Mijn hobby’s als fietsen en coachen bij de roeiclub krijgen meer aandacht, maar als taalkundige word je voortdurend geconfronteerd met je vakgebied. Dus echt helemaal stoppen? Dat zie ik nog niet gebeuren.” Hij heeft nu dan wel de zogenaamde ‘nog-leeftijd’ bereikt – de fase waarin mensen aan vragen stellen als: ‘schrijf je nog over partikels?’. Wie hem een beetje kent, weet het antwoord al: ‘natuurlijk nog wel’.


Op vrijdag 12 september 2025 vindt een afscheidssymposium plaats voor Ton van der Wouden. Thema is – hoe kan het ook anders – partikels. Meer informatie: Dag van de Nederlandse partikels