Uitgelicht
Publicatiedatum: 8 november 2018

Cultuur in een snelkookpan

Ze deed onder meer onderzoek naar de Thaise koning Rama V, André Hazes ‘de koning van het levenslied’ en André Rieu ‘de koning van de wals’. Op 9 november spreekt Irene Stengs, onderzoeker aan het Meertens Instituut, haar oratie uit als hoogleraar Antropologie van Ritueel en Populaire Cultuur aan de Vrije Universiteit Amsterdam.

door Mathilde Jansen

Toen ze deze zomer haar oratietekst aan het schrijven was, verdwaalden in Thailand twaalf voetbaljongens en hun coach in een grot. Van dag tot dag leefde de hele wereld met ze mee. Deze gebeurtenis, die in de vorm van foto’s, animaties, strips en video’s het nieuws voor een maand beheerste, kwam ook terecht in Stengs’ oratie. Het illustreert volgens de hoogleraar bij uitstek hoe snel culturele uitingen opkomen en veranderen. De manier waarop zo’n gebeurtenis op allerlei manieren opnieuw wordt verteld in woord en beeld noemt zij popularisering.

Daags nadat dat de jongens gered waren, waren er al standbeelden in de maak en was er sprake van een museum over de reddingsactie. “De hele gebeurtenis werd stante pede tot cultureel erfgoed gemaakt”, zegt Stengs, die vooral geïnteresseerd is in de rol van rituelen en geritualiseerde handelingen bij het maken van erfgoed. “Dit maakproces legt een paradoxale dimensie van cultuur bloot: cultuur is constant in beweging, maar in de ervaring van veel mensen is cultuur juist iets wat door de tijd heen niet verandert, laat staan ‘gemaakt’.”

 

Sociale media

Neem de controverse rond Zwarte Piet, waarbij voorstanders vaak aandragen dat Zwarte Piet traditie is, terwijl Sinterklaas door de eeuwen heen lang niet altijd vergezeld ging van een knecht. Mensen vergeten of zien niet dat tradities als het sinterklaasfeest voortdurend veranderen. Maar omdat mensen hun identiteit steeds meer opvatten als een culturele identiteit kunnen de emoties over culturele onderwerpen hoog oplopen. Mensen zijn bang  dat ‘hun cultuur’ in het gedrang komt door andere culturen. Sociale media zorgen ervoor dat het debat sneller en emotioneler wordt gevoerd dan ooit. 

Sociale media spelen volgens Stengs een belangrijke rol bij het ontstaan van wat zij high density events noemt: gebeurtenissen met een hoge dichtheid aan emoties, beelden en mensen die zich hierbij betrokken voelen, als in een snelkookpan. De verhalen die hieruit ontstaan leggen een scala van verlangens, angsten en behoeften van de samenleving bloot. Ze vormen het uitgangspunt van haar onderzoek. Stengs: “Ze leren ons iets over verschuivingen en spanningen in de hedendaagse samenleving, over onzekerheden en over wie onze helden zijn.” In haar oratie noemt ze een aantal high density events van afgelopen jaar: het huwelijk van Harry en Meghan, de redding van de Thaise grottenjongens en de monsterzwemtocht van Maarten van der Weijden.

Hoe komt het dat zoveel mensen opeens vervuld zijn van zo’n gebeurtenis? Volgens de hoogleraar raken high density events altijd aan emotionele onderwerpen. Zo komen in de zwemtocht van Maarten van der Weijden een drietal elementen samen: “Kanker is een ziekte waar bijna iedereen mee geconfronteerd wordt: iedereen kent wel iemand met kanker, of is er zelf door getroffen. Dus iemand zoals van der Weijden, die kanker gehad heeft en daar weer bovenop gekomen is, spreekt enorm aan. Dat hij zich fysiek opoffert om geld in te zamelen voor kankerbestrijding, is extra indrukwekkend. En het derde element is de sportprestatie. Veel van de hedendaagse helden zijn sporthelden. Dat is niet specifiek voor onze tijd; denk maar aan de oude Grieken.”

Onderzoek naar BN’ers

Behalve op specifieke gebeurtenissen in de samenleving, concentreert Stengs zich op belangrijke figureren in de publieke ruimte. Het zijn figuren waar de publieke opinie meestal nogal over uiteenloopt, en waar soms ook sterke emoties aan verbonden zijn. Het gaat hier over BN’ers zoals André Hazes en André Rieu, maar ook over kinderen van bekende Nederlanders, die ze ‘afgeleide bekende Nederlanders’ noemt. Deze ABN’ers danken hun bekendheid in eerste instantie aan de beroemdheid van een ouder. Bijvoorbeeld André Hazes Junior: “Die komt nu vanzelf een beetje binnenwandelen in mijn onderzoek, terwijl ik in feite het Hazesonderzoek al had afgerond”, zegt Stengs, die in 2015 een boek publiceerde met de titel Het fenomeen Hazes. Een venster op Nederland

“Wat ik interessant vond aan Hazes is dat zijn carrière na zijn dood een enorme vlucht maakte: hij kwam postuum op nummer 1; er werden concerten en televisieprogramma’s rondom hem gemaakt, een musical, een film. André Hazes Junior speelde hierbij een belangrijke rol, wat hem hielp om in het voetspoor van zijn vader te treden. André Rieu is op een andere manier interessant. Hij is waanzinnig populair in grote delen van de wereld, en tegelijkertijd wordt er enorm op hem neergekeken. Ik vind het heel fascinerend om te zien hoe mensen die niks met zijn muziek hebben, bijna een fysieke afschuw van de muziek en de man hebben. Dus ik vraag me af: hoe komt het dat dat gevoel zo sterk is? Inzicht in de culturele scheidslijnen en de aard van deze emoties geven inzicht over andere scheidslijnen in de huidige samenleving.”

Geen hoge en lage cultuur

En hoewel de publieke opinie deze gevoelens al snel toeschrijft aan hoge versus lage cultuur, is dat volgens de hoogleraar veel te simplistisch. “Dat zie je bijvoorbeeld aan ons onderzoek naar de Passie. Daar hoort enerzijds het mediaspektakel The Passion bij, een gepopulariseerde vorm van het passieverhaal, waar allerlei soorten mensen zich toe aangetrokken voelen. Datzelfde geldt voor de Mattheuspassion, waar ook gepopulariseerde vormen van bestaan, zoals de meezing-Mattheus.

“Een tweedeling in hoge en lage cultuur doet dus geen recht aan de werkelijkheid: gepopulariseerde cultuur kan alle kanten opgaan. Daarnaast lopen opvattingen over wat hoog of laag is per samenleving nogal uiteen. André Rieu wordt hier door zogenaamde connaisseurs van klassieke muziek misschien als het platste van het platste beschouwd. Maar in andere delen van de wereld is hij top of the bill.”

 

Foto's: 1. Prof.dr. Irene Stengs, 2. Maarten van der Weijden (McSmit voor Wikipedia – Eigen werk, CC BY-SA 3.0), 3. André Rieu (Karl-Heinz Meurer CC BY-SA 3.0)

Op 9 november 2018 sprak Irene Stengs in de aula van de Vrije Universiteit Amsterdam haar oratie uit met de titel Gepopulariseerde cultuur, ritueel en het maken van erfgoed. De volledige tekst is hier te downloaden